Forensische Zorg: een uniek karakter

Anoniem chatten
2 december 2022

Erik ter Maten is sociaal psychiatrisch verpleegkundige op de forensische poli van VNN in Leeuwarden. In de ruim twintig jaar die hij werkt bij VNN heeft hij tal van functies bekleed op meerdere afdelingen. Van sociotherapeut bij de kliniek tot teammanager van de methadon en heroïnebehandelunit in Leeuwarden. Uiteindelijk wilde hij terug naar zijn passie: zélf hulpverlenen. De afgelopen vijf jaar doet hij dat op de forensische poli in Leeuwarden. Door zijn uitgebreide achtergrond weet hij het unieke karakter van forensische zorg goed te duiden en waarderen.

‘’Forensische zorg heeft een heel uniek karakter. Dat begint met het verplichte element. Mensen komen in principe bij ons in behandeling als dat verplicht is vanuit hun reclassering. Er zit dus enige dwang achter. Bovendien is de insteek bij forensische zorg om het risico op recidiveren te verminderen. We richten ons nog steeds op het welzijn van de cliënt en het verminderen van zijn of haar verslavingsproblematiek, maar wel met dat oogmerk. In de praktijk betekent dit onder andere een intensief contact met de reclasseringswerker van de cliënt. Er zijn namelijk vaak bijzondere voorwaarden in het spel waar een cliënt aan moet voldoen, willen hij of zij op vrije voeten blijven. Meewerken aan de behandeling kan een van die voorwaarden zijn. Dat geeft mij een prettige positie. Als mensen niks willen en daardoor niet voldoen aan hun voorwaarden, meld ik dat bij hun reclasseringswerker. Zo kan er extra gemotiveerd en gestuurd worden. Wil iemand echt niet, dan wordt het teruggelegd bij het openbaar ministerie. Dit is in de praktijk nooit helemaal zwart wit en ik meld alleen aan de reclassering wat echt nodig is. Ik werk namelijk niet voor het openbaar ministerie of de reclassering, ik ben echt hulpverlener. Over de inhoud van de behandeling zeg ik dus niks. Wel houd ik, in overleg met de cliënt, regelmatig de reclasseringswerker op de hoogte van hoe het met de behandeling gaat. Dat gebeurt vaak in bijzijn van de cliënt. ‘’
 

Samenwerking met reclassering

‘’Het contact tussen behandelaar en reclasseringswerker blijft niet beperkt tot het geven van een globaal overzicht of het doen van een melding. Bij een ingewikkelde casus kan je soms samen optrekken. Zo was er bijvoorbeeld eens een cliënt die heftig in gebruik was en zich ook best dreigend gedroeg. Het was toen een oplossing om samen naar de cliënt toe te gaan in plaats van slechts één van ons. Zo kan het soms zijn dat de rollen enigszins vervagen als een situatie daar om vraagt. Het is dan zaak om ook daar transparant over te zijn naar de cliënt. Waarom vlieg je het die keer anders aan? Ook als de behandeling juist heel erg goed loopt is dat aanleiding voor een goed overleg tussen behandelaar en reclasseringswerker. Hoe nu verder? Vragen om met elkaar mee te denken kunnen van beide kanten komen. Zo zijn we vaak een klankbord voor elkaar.’’

 

Verplicht of vrijwillig

‘’Vanuit mijn ervaring bij andere afdelingen binnen VNN kan ik zeggen dat de behandeling zelf in principe niet anders loopt dan bij vrijwillige zorg. Wel is er binnen ons team extra aanbod op bepaalde gebieden. We hebben veel psychologen in het team en veel aanbod zoals traumabehandeling, ADHD diagnostiek en coaching, psycho-educatie en agressieregulatie op maat. Dat aanbod zie je de vrijwillige zorg ook wel, maar bij ons wat nadrukkelijker. Met name op het gebied van agressie wordt het bij ons meer geboden. Het speelt ook vaker een rol in de problematiek. Er zijn overigens ook cliënten die vrijwillig bij ons behandeld worden. Die komen bij forensische zorg uit omdat ze bijvoorbeeld in een eerder stadium via justitie bij ons in behandeling zijn geweest. Soms is bovendien de verplichting tot behandeling afgelopen, maar zet de cliënt de behandeling vrijwillig bij ons voort.

 

Heftig

‘’Ik denk dat je wel een klein beetje gek moet zijn als je werkt in de forensische zorg, op een positieve manier. We werken met mensen waar soms veel bij speelt. zowel delicten als verslaving, maar vaak ook ingewikkelde persoonlijkheidsproblematiek. En er zijn ook mensen die niet altijd graag mee willen werken. Daarvoor heb je een lange adem nodig, je moet mee kunnen bewegen en kunnen meevoelen. Maar je moet ook niet snel overstuur raken. Ik moet denken aan een cliënt die een heftig delict had gepleegd en ook een behoorlijk heftige persoonlijkheid had. Daar kan je best van schrikken. Maar je moet toch het contact leggen. Dat doe je al judoënd balanceren tussen meebewegen, ombuigen, transparant zijn en vertrouwen opbouwen. Niet met het gestrekte been er in. Mensen hebben vaak een kwetsbaar vertrouwen in hulpverlening opgebouwd. Bij aanvang van de behandeling zien cliënten me dan ook vaak als verlengstuk van justitie. Dat beeld moet ik eerst wegnemen. Door het goed uit te leggen, maar ook door te laten zien dat wat we in de behandeling bespreken echt tussen ons blijft. Zo bouw je het vertrouwen langzaam weer op. Als dat dan lukt, kan ik daar dolgelukkig van worden. dat contact is waar het uiteindelijk om draait.’’

 

Niet oordelen

‘’Het belangrijkste van dit vak is dat je niet moet oordelen. Je moet oprecht belangstelling hebben en nieuwsgierig zijn naar het verhaal van iemand. Deze basishouding moet je overal in de verslavingszorg hebben, dus ook in de forensische verslavingszorg. Dat kan extra moeilijk zijn als een cliënt iets vreselijks heeft gedaan. Als ik daar in de krant over zou lezen zou ik het bijvoorbeeld stuitend vinden, maar vanuit deze basishouding komt dat gevoel toch anders binnen. Je zou denken dat je er niet overheen kunt stappen, maar vanuit oprecht contact leer je de persoon kennen. Iemand ís niet zijn of haar verslaving en iemand is net zo min het delict dat ze hebben gepleegd. Het is soms niet makkelijk om met de heftige momenten en indrukken van het werk om te gaan. Daarin moet je eerlijk zijn tegen jezelf en ook daar niet over oordelen. In de loop der jaren heb ik geleerd dat je het soms even niet weet en dat dat ok is. Op die momenten heb je collega’s nodig om de zaken samen helder te bekijken. Daar ligt een enorme kracht in ons vak.’’

 

Forensische zorg binnen VNN

‘’Het is een hele interessante doelgroep. Al verschillen ze niet zoveel met andere doelgroepen van VNN als je op het eerste gezicht zou denken. Als je de mensen eenmaal leert kennen en je weet het verhaal achter hun delicten, dan begin je ze te snappen. Ik vind de meeste cliënten ook hartstikke leuk. Het is mooi om met ze mee te mogen lopen en ze met deze gerichte invalshoek te behandelen. Ik merk dat we als forensische zorg steeds vaker worden gezien en gevonden door collega’s binnen VNN. Bijvoorbeeld doordat collega’s van een reguliere poli een beroep doen op mijn expertise met agressieregulatie. Ik kan dan met ze meekijken of een deelbehandeling doen. Er is steeds meer besef van de overlap tussen hun cliënten en die van forensische zorg, en ook onze expertise wordt vaker ingezet. Dat is een mooie ontwikkeling.’’

 

Over de auteur

Jamal Bedijn

Jamal Bedijn is sinds 2021 communicatieadviseur bij VNN. Hij is verantwoordelijk voor onze digitale nieuwsbrief en het contact met de pers. Verder adviseert en ondersteunt hij de afdeling Preventie in haar werkzaamheden rondom het Nationaal Preventieakkoord en de verschillende campagnes waar VNN mede-uitvoerder van is.
Meer over Jamal Bedijn