Om met zekerheid vast te stellen of iemand drugs gebruikt, is het belangrijk om op een combinatie van signalen te letten. Uiterlijke signalen, zoals alleen rode ogen, zeggen niet zo veel. Maar dit in combinatie met afwijkend gedrag als onrustig en snel geïrriteerd zijn, veel geld opmaken, erg afvallen, vaak afwezig zijn, versterken het vermoeden van drugsgebruik.
Niet alle signalen duiden op gebruik. De beste manier om met zekerheid vast te stellen of iemand drugs gebruikt, is het de persoon rechtstreeks te vragen.
Verschillende kenmerken van drugsgebruik
De kenmerken van drugsgebruik lopen erg uiteen. Het ligt er maar net aan om welke soort drugs het gaat. Zie hieronder de meest voorkomende soorten drugs en de bijbehorende kenmerken.
Hasj en wiet
Sloom zijn, vergeten wat er net gezegd is. Lacherig (lach-kick), zware armen en benen. Rode ogen met verwijde pupillen. Hongerig (vreetkick). Sterke, typische geur in de kamer.
Gebruiksvoorwerpen
Pijpjes, waterpijp, groot formaat vloeipapier, aansteker, afgescheurde flapjes van vloeiverpakking, tabak, verpakkingsmateriaal zoals kleine plastic zakjes (soms met wietblad-afbeelding) of doosjes (soms gekenmerkt door gebruik van de zogeheten rastakleuren: groen, geel en rood).
XTC
Energiek en praterig zijn. Ontspannen en zorgeloos. De pupillen zijn vergroot. Iemand kan zich dagen na het gebruik ineens somber voelen, oververmoeid en geïrriteerd zijn.
Gebruiksvoorwerpen
Geen speciale attributen, behalve verpakkingsmateriaal zoals kleine plastic zakjes of pillendoosjes.
Amfetamine (speed)
Energiek en praterig zijn. Wijd openstaande pupillen (strak staan). Droge mond, smakkende geluiden. Heen en weer bewegen van de kaken.
De dagen na het gebruik: somber, oververmoeid en geïrriteerd.
Gebruiksvoorwerpen
Snuifbuisje (soms in de vorm van een pennenhuls of opgerold stukje papier of bankbiljet), seal (vierkant papiertje in de vorm van een envelopje gevouwen), spiegeltje, zakdoeken (bloedneus).
Cocaïne
Energiek en praterig zijn. Vrolijk en overmoedig. Geïrriteerd, opvliegend. De dagen na gebruik: somber en oververmoeid.
Gebruiksvoorwerpen
Snuifbuisje (soms in de vorm van een pennenhuls of opgerold stukje papier of bankbiljet), seal (vierkant papiertje in de vorm van een envelopje gevouwen), spiegeltje, als de cocaïnevariant ‘crack’ wordt gebruikt: aansteker, (water-)pijpje.
Heroïne
Vernauwde pupillen, bijna gesloten oogleden, dromerig, net alsof de persoon in slaap dommelt, sloom, passief, stil, langzame adem.
Gebruiksvoorwerpen
Bij roken: aluminiumfolie, aansteker, snuifbuisje.
Bij spuiten: injectienaald, lepel, watten, stuwband.
GHB
Vrolijk, seksueel opgewonden, veel praten. De negatieve gevolgen bij een te grote dosis: duizeligheid, zwalken, overgeven, rillingen, stuiptrekkingen, ademhalingsmoeilijkheden.
Gebruiksvoorwerpen
Kleine flesjes, vloeistofbuisjes.
Behoefte aan meer informatie over de kenmerken van drugsgebruik?
Neem voor informatie en advies contact op met een medewerker van Voorlichting en Preventie. VNN biedt trainingen voor zorgprofessionals over het herkennen van alcohol- en drugsgebruik en wat je er aan kunt doen. Voor ouders hebben we de cursus 'Help! Mijn kind gebruikt' ontwikkeld. De training en cursus worden het hele jaar door georganiseerd (afhankelijk van de coronamaatregelen).
Als je vragen hebt, neem dan contact met ons op.